·
De gemeente
stimuleert kunst en cultuur door repetities, evenementen en
activiteiten te faciliteren.
·
Culturele organisaties hebben een rol bij
het bevorderen van de leefbaarheid en het behoud van ons cultuurhistorische
erfgoed. De gemeente subsidieert dergelijke organisaties mits zij zelf ook voor
een belangrijk deel in hun eigen inkomsten kunnen voorzien. Tegelijk
faciliteert de gemeente voldoende ruimte en mogelijkheden om de eigen inkomsten
van dergelijke organisaties te kunnen vergroten.
·
De gemeente
faciliteert het exposeren van kunstwerken in de openbare ruimte.
·
De gemeente
faciliteert de instandhouding van een bibliotheekvoorziening. Deze voorziening
vervult een centrale rol op het gebied van kennisdeling en uitwisseling voor
jong en oud. Ook vormt de bibliotheek een belangrijke schakel binnen de aanpak
van laaggeletterdheid en bevordering van digitale inclusie en zelfredzaamheid.
·
De gemeente
beheert zelf geen cultuur- en dorpshuizen en ontmoetingscentra; dit beheer is
in handen van private partijen. De gemeente gaat voor haar (financiële) relatie
met elk van de beheerders uit van gelijkwaardige criteria.
·
Ruimte
voor musea, kunst, erfgoed
en cultuur. Zij zijn van grote waarde voor de inwoners, ondernemers en
bezoekers en maken de gemeente aantrekkelijk en geven de dorpen sfeer en kleur.
·
Meer evenementen
voor het jongere publiek (zie ook jongerenraad).
·
Vergunningverlening voor evenementen als
het Bloemencorso, carnaval, de Grietmarkt of de Kastelentocht kan veel
gebruiksvriendelijker; de procedure daarvoor moet daarom digitaal plaats kunnen
vinden.
·
Bij
evenementen hoort een veiligheidspakket dat past bij de omvang van het
evenement en de grootte van de risico’s.
·
De
vele monumenten in onze gemeente dragen bij aan de unieke ruimtelijke kwaliteit
en uitstraling van onze dorpen en buitengebieden. De monumenten dienen dan ook
beschermd te blijven waarbij ontwikkelingen ten behoeve van eigentijds gebruik
en duurzaamheid wel mogelijk en betaalbaar moeten zijn.
·
Particuliere
grondbeheerders krijgen de ruimte om te ontwikkelen onder voorbehoud van het
oorspronkelijke karakter.
·
Uitvoeringskosten
lagere cultuursubsidies moeten in verhouding staan met het subsidiebedrag
(fanfare etc.).