Opzet:
De avond kende eerst een aantal
korte prikkelende presentaties om het beeld neer te zetten en context aan de
discussie te geven. Vervolgens gingen de aanwezigen aan de slag met een
drie-tal stellingen. Daarná werd de uitkomst van de groepjes weer plenair
besproken.
Presentaties:
De aftrap was voor Nynke Struik,
sectormanager Rabobank Nederland voor Dienstverlening. Zij gaf een toelichting
op 'De Winkelstraat van de toekomst'. Beeldend gaf zij weer dat wij in de
samenleving trends exponentieel zien versnellen, maar dat bedrijven zelf steeds
langzamer veranderen. Alles lijkt sneller, complexer en onzekerder te gaan.
Product-life-cycle neemt af, Time-to-market verkort enorm en merkentrouw lijkt
daarmee ook af te nemen. Bovendien wordt met internet de wereld steeds kleiner.
We kopen vanuit huis net zo gemakkelijk in China als in de winkelstraat om de
hoek. Nynke Struik: 'De folders op mijn keukentafel gaan allemaal over korting.
Geen onderscheid. Daar ligt de toekomst dus niet.” Volgens haar moeten
winkelgebieden zich ook meer gaan onderscheiden in de beleving die ze
aanbieden: “..moeten we niet schuiven met openingstijden om horeca en winkels
op elkaar aan te laten sluiten, dus open tot 19:00 uur”? Onorthodoxe oplossingen als 'herverkaveling
van winkelstraten' kan een serieus instrument zijn om winkelstraten interessant
te houden, vooral met zicht op afname van vraag naar vierkante meters. Ook het
gezamenlijk opzetten van een bezorgservice is een overweging.
Zeker is dat elk winkelgebied een
keuze moet maken: zijn we er voor de fun of voor een functie?
Aart Reurink van de Provincie Utrecht gaf vervolgens een toelichting op een onderzoek naar de situatie van de detailhandel in de provincie, toegespitst op de gemeente Utrechtse Heuvelrug. Hij presenteerde cijfers over Utrechtse Heuvelrug met betrekking tot bevolkingsontwikkeling, koopkracht(binding), leegstand en ontwikkelingen en invloeden van online koopgedrag. De leegstand in de Utrechtse Heuvelrug blijkt relatief laag, mede omdat er op de Heuvelrug de afgelopen decennia geen groteske uitbreidingen hebben plaatsgevonden. Op basis van de productclusters in de Provincie Utrecht verwachten de onderzoekers dat op termijn 10% van de winkels in de provincie zal verdwijnen. Het verhaal van Aart Reurink gaf een goede aanvulling op de presentatie van Nynke Struik, met als slotconclusie dat de markt en de overheid voor een gezamenlijke opgave staan.
Joost Nicasie van Areaal Advies uit
Doorn nam ons daarna mee in de wereld van het gedrag van de consumenten en hoe de ondernemer daar zelf op
in kan spelen. Businessmodellen zijn veranderd, het consumentengedrag is
veranderd en de ondernemer moet zich dus aanpassen. Nicasie: "Als je niets
bijzonders te bieden hebt, ga je het niet overleven. Kijk naar De Efteling, zij
verkopen herinneringen. Kies voor een concept, houd daaraan vast en bouw het
uit! Biedt beleving, zien-ruiken-voelen-proeven. Biedt een verhaal en benut het
voordeel van offline op online. Winkelen moet weer leuk worden met personeel
als gastheer/vrouw. Gebruik techniek/innovatie met aandacht voor inrichting en
het concept." Vervolgens gaf hij tal van voorbeelden waarin ondernemers
aansprekend in staat waren om beleving te bieden en zich goed te onderscheiden.
Ook ging Joost wat dieper in op de specifieke situatie op de Heuvelrug: de
Utrechtse Heuvelrug heeft geen winkelgebied waar je een dagje gaat winkelen.
Dit geeft op zich niet, zolang je je maar beseft dat je dit ook niet moet gaan
proberen. De winkelgebieden van de Utrechtse Heuvelrug zijn er dus niet voor de
“fun”, maar kunnen een bloeiend bestaan hebben als “functie”-winkelgebied.
Joost gaf nog enkele tips, toegespitst op de lokale situatie: werken aan
identiteit en imago (niet verzinnen, maar kijken wat er is) en bij het
“sneuvelen” van bestaande winkels bekijken of het kernwinkelgebied compacter
gemaakt kan worden.
Aan de slag met vragen:
Na deze presentaties gingen de
aanwezigen aan de slag met vragen als: “Hebben wij een probleem of uitdaging
voor de komende jaren en zo ja welke dan?”, “Wat moeten we doen om geen
probleem te krijgen of deze te tackelen?” en “wie of wat hebben we daarbij
nodig?”. Samenvattend kwamen er een aantal zaken duidelijk terug: zorg voor een
duidelijk profiel per gebied, creëer daarbij een eigen identiteit, communiceer
deze duidelijk en ook online: “spread the word”, verleid de consument met
beleving én met inrichting, ga actiever samenwerken, zoek slimme combi’s ook
met ongewone partners zoals winkeliers met recreatiebedrijven en kunstenaars. Zorg
dat je als ondernemers meer de regie neemt en wees minder afwachtend naar
anderen. Bovenal ook: durf de hulpvraag te stellen.
Vanuit Driebergen werd er richting de gemeente nog een opvallend advies meegegeven: flexibele bestemmingen voor winkelstraten is goed en nodig. Bevorder ook compactere winkelgebieden. Dat betekent dat winkels geconcentreerd bij elkaar zitten en niet verspreid door het dorp. Daarom zou de functie “wonen in lege winkelpanden” niet voor het kernwinkelgebied moeten kunnen. Voor de aanloopstraten zouden leegstaande winkels juist na enkele jaren hun winkelbestemming moeten verliezen. Hierdoor zorg je ervoor dat het kernwinkelgebied compact blijft en er in de aanloopgebieden alternatieve mogelijkheden ontstaan bij leegstand.
Vanuit meerdere kernen werd nog eens benadrukt hoe belangrijk het is dat klanten gratis kunnen parkeren in onze gemeente. Dit dient zeker behouden te worden.
Fractievoorzitter Rob Jorg bedankte
na afloop de aanwezigen voor hun enthousiaste inbreng en de experts voor hun
professionele input gedurende de hele avond. Afsluitend werd de vraagstelling
treffend samengevat met: De toekomst maken we samen, ieder voor zichzelf, maar
nooit alleen!